De serieduwer

25 April 2011



Jorn had zijn fricadel net uit de muur getrokken. Hij smaakte hem goed. Hij was iemand van de late fricadel, zo uit het café, met de alcohol en de adenaline in zijn bloed die zeurden om calorieën. "Voor me maag" zei die dan tegen zichzelf "er moet iets in, als vulling". De happen vielen halfgekauwd, één voor één in een poeltje van bier en maagzuur. Plof. Plof. Hij begon zich lekkerder te voelen. Niet dat het een slechte avond was geweest, nee. Hij voelde zich gewoonlijk niet zo goed de laatste tijden. "Hij zit niet lekker in zijn vel" zei zijn moeder dan.

Hij gooide het leeg bakje in de goot en wilde gaan lopen. Hij bevond zich in de Leidsebuurt, en hij moest nog helemaal naar Noord op de scooter. Dat moest dan maar. Dat deed hij zo vaak. Hij zette zich in beweging. Waar had hij ook weer zijn scooter geparkeerd? Was het nou voordat hij naar.. naar... hoe heette dat café ook al weer? Of was het daar weer voor? In zijn hoofd was hij aan het zoeken, zijn grote lijf volgde. Het plein was desolaat, zo midweeks na sluitingstijd. Hij bereikte het water achter het Max Eeuwenplein. Daar stond een kerel te bellen. Hij lachte. Hij zag er verzorgd uit. Hij had vast een fijn leventje, hij was zeker gelukkig, gelukkiger dan hij. Hij had een klote leven, met zijn klote ouders in hun klote Noord, zijn klote baantje, zijn klote vriendin die hij niet had. Nee, die kerel stond hem niet aan. Wat een opschepperige kleding ook nog. Dure merken, hij had het zeker voor elkaar. Hij was nu vlak achter hem. "Als ik nu een duwtje geef..." opperde Jorn grinnikend tegen zichzelf "een heel klein duwtje... Net als toen, bij die andere bijdehant op het Damrak die aan het plassen was..." Zijn handen waren al vanzelf uit zijn broekzakken gekomen, en strekten zich voor hem uit. Als een robot heeft hij de laatste stappen genomen, een twee drie vier. De man hoorde hem niet, hij was diep in gesprek. "Met zijn lekkere mokkel zeker" fluisterde het in Jorn's oor.

Plons.

Het duurde even voordat zijn kop weer uit het water stak, met twee handen die om de beurt de lucht in vlogen: "Help!". Maar Jorn was alweer verder, op weg naar zijn mooie scooter en zijn fijne Noord met zijn lieve ma en pa, met zijn makkie van een baantje en zijn vriendin die hij snel krijgen zou.



Deze column is eerder op AT5 gepubliceerd
Tags: Amsterdam

- Aanraders -