Buschauffeurs

23 Oktober 2012



Met wijduitstaande armen loop ik Kwekkeboom uit. Aan mijn beide zijden bungelt een toren brede, witte kartonnen dozen in brede, witte plastic tassen. Ik heb taarten gehaald voor één mijner zonen, die verjaart. Taarten om de honger van een meute puberjongens te stillen. Ik moet de bushalte zien te halen. Dat lukt. In de verte zie ik een 41 aansjezen. Moeizaam til ik één van de taartentorens op om de chauffeur duidelijk te maken dat hij moet stoppen.
 
Terwijl de 41 nadert zie ik in een flits momenten uit mijn leven aan mij voorbijgaan. Momenten van paniek, wanneer ik naar een bus cq tram ren die achter een andere bus cq tram gestopt is, helemaal aan het einde van de halte. Wanneer ik zijn deur bereik schuift de bus op naar voren, omdat de vorige bus net vertrokken is, waardoor ik in tegenovergestelde richting moet rennen. Met een peuter aan de hand. Zwanger tot de kiezen. Zwanger tot de kiezen met een kind en een peuter aan de hand. Zwanger tot de kiezen, met bekkeninstabiliteit, een kind en een peuter aan de hand. Met bekkeninstabiliteit, een kind en een peuter aan de hand, een baby in de buggy en een halve ton aan boodschappen.
 
Het zweet breekt me uit. De 41 is inmiddels dreigend vlakbij. Honderd meter voor de halte vermindert hij vaart. Langzaam kruipt hij naar me toe. Hij stopt op de millimeter pal voor mijn neus en de twee taartentorens. De deur gaat sierlijk open. Als een koningin treed ik op de denkbeeldige loper die voor mij is komen uitrollen. De man aan het stuur ontvangt mijn dank en zegt: “Met dat gebak kun je niet voorzichtig genoeg zijn!'
 
Dit was op de zaterdag. Op de zondag nemen wij, Mijnheer Oud Zeikwijf, de jarige job en zijn kudde vrienden de Connexxion richting Almere. We hebben een routebeschrijving aan Google gevraagd. De instructies hebben we geprint, en die volgen wij op de voet. In Almere dienen we over te stappen van de 327 op de 1. De chauffeur van de 327 heeft belangstelling voor onze route. We leggen hem ons traject uit. Bij de halte 't Oor roept hij ons nog na dat we verkeerd lopen, dat we de halte in tegenovergestelde richting moeten hebben. We steken over. In de gure wind en de stromende regen wachten wij op de 1 wanneer Mijnheer Oud Zeikwijf opmerkt dat we de tas met proviand in de 327 zijn vergeten. Oeps! en Ach wee! gevolgd door Niets meer aan te doen! want uit ervaring weet je: die tas zie je nooit meer terug.
 
De 1 komt eraan. De deur zwiept open. De chauffeur heeft zijn arm naar ons toe gestrekt. Daaraan bungelt een tas. Onze tas met proviand! Ergens onderweg had een merkwaardige overhandiging plaatsgemaakt. Een chauffeur van Connexxion had een andere chauffeur opgeroepen om te stoppen, één der chauffeurs was de straat overgestoken om de tas door te geven dan wel te ontvangen, en is terug gerend naar zijn eigen bus. In de gure wind, onder de stromende regen. Onze harten liepen over van dankbaarheid. De kudde pubers zag dat ook. De momenten uit hun leven die aan hen voorbij zullen flitsen als ze ooit voor de Kwekkeboom staan met twee torens van taarten aan de hand zullen wellicht een heel andere sfeer hebben dan de mijne.
 
 
 
Gepubliceerd op AT5.nl.
 
 
 
 
 
 

- Aanraders -